Zelf een zwembad bouwen? Handige tips
Welke mogelijkheden zijn er om een zwembad te bouwen?
Zwembaden zijn er in alle denkbare maten, materialen en vormen. Er wordt ook onderscheid gemaakt tussen bovengrondse zwembaden en vast opgestelde zwembaden (gedeeltelijk of volledig verzonken).
Een bovengronds zwembad wordt – zoals de naam al doet vermoeden – opgesteld op een stevige ondergrond; bij gedeeltelijk of volledig ingegraven zwembaden is uitgraven noodzakelijk. Bovengrondse zwembaden kunnen permanent worden geplaatst of weer worden opgebouwd zodat ze weer kunnen worden afgebroken. De keuze voor het juiste bovengrondse zwembad is afhankelijk van het budget, de beschikbare ruimte en het gewenste gebruik.
De meest voorkomende zwembadtypes zijn:
- Zwembad met stalen wand : Het zwembad met stalen wand, ook wel stalen wandzwembad genoemd, is verkrijgbaar als rond zwembad , ovaal zwembad of achtvormig zwembad in de maten 300 cm (rond) tot 1228 cm x 600 cm. Ook de diepte van het zwembad varieert van 120 cm tot 150 cm. Zwembaden met stalen wanden worden altijd bekleed met een zwembadfolie.
- Bakstenen zwembad: Het klassieke zwembad, zoals het al meer dan 50 jaar bekend staat, is meestal gemetseld of gebetonneerd. De bekleding wordt gedaan met een zwembadfolie of het zwembad wordt geverfd met zwembadverf. Optioneel kan het zwembad ook betegeld worden, maar voor een buitenbad is dit niet aan te raden, aangezien de tegels de winter niet mooi blijven.
- GVK zwembad: GVK is een glasvezelversterkte kunststof. Het GVK-bad is een zogenaamd eendelig bad, dat wordt geleverd met een dieplader en met een autolaadkraan in de voorbereide uitgraving wordt geplaatst. De kosten voor het zwembad, de levering en installatie zijn beduidend hoger dan bijvoorbeeld een zwembad met stalen wanden.
- Houten zwembad: Houten zwembaden zijn relatief eenvoudig op te zetten en kunnen dankzij hun gekleurde ontwerp eenvoudig in een bestaande tuin worden geïntegreerd. Ook hier vervult een zwembadfolie de afdichtende functie. Een houten zwembad wordt in de regel bovengronds gebouwd en niet in de grond verzonken.
- Zwemvijver: Een zwemvijver of natuurbad staat garant voor een natuurlijke sfeer. Om hygiënische redenen moet de water altijd schoon en helder zijn. Elke zwemvijver is echter een uniek ecosysteem met zijn eigen wetten. Dit stelt bijzondere eisen aan de zwemvijverbezitter. In principe is elke zwemvijver opgedeeld in twee zones: een zwemzone en een natuur- of regeneratiezone. Beide moeten visueel gemakkelijk van elkaar te onderscheiden zijn. Daarom zijn stenen, looppaden, sierplanten of zelfs een muur net onder de waterlijn nuttig als scheidingselementen. In de natuurlijke zone zorgen de natuurlijke reinigingsprocessen van de planten voor een goede basiskwaliteit van het water. Aangezien dit niet voldoet aan de hygiënische eisen, moet de moderne zwembadtechniek voor de rest zorgen. De focus ligt op de pomp, die net als in een zwembad moet worden aangesloten op een filter. Waterverzorgingsmiddelen, zoals die in zwembaden worden gebruikt, zoals chloor, zuurstof, pH-regelaars en/of algenremmers, kunnen hier niet worden gebruikt, omdat dit het ecosysteem van de zwemvijver zou aantasten.
Zelf een zwembad bouwen?
Afhankelijk van het type zwembad kan de installatie zelf gedaan worden of in ieder geval met ondersteuning van een specialist. Dit laatste is vooral aan te raden bij het installeren van de pomp, zwembadverwarming of andere installatiewerkzaamheden, bijvoorbeeld of bij het plannen van een binnenzwembad. Installateurs of bouwkundig ingenieurs moeten dan worden ingeschakeld om te helpen. Alle andere bouwstappen zoals uitgraven, het storten van de vloerplaat (indien nodig) of het isoleren van het bassin kunnen – afhankelijk van het vakmanschap – ook zelf worden uitgevoerd. Houd er echter rekening mee dat u niet aan het verkeerde eind moet sparen om er uiteindelijk voor te zorgen dat het zwemplezier onbewolkt en vooral veilig is.
De verschillende soorten zwembaden verschillen aanzienlijk qua bouwinspanning:
Opbouwzwembad / opbouwzwembad: Zoals de naam al doet vermoeden, is dit vrij op te zetten en hoeft er niet gegraven te worden. Een grondplaat is hier aan te raden, maar niet absoluut noodzakelijk. De constructie van een bovengronds zwembad is relatief eenvoudig.
Gedeeltelijk verzonken zwembad: Dit zwembad is voor minstens 50% of meer in de grond verzonken. Gedeeltelijk verzonken baden zijn beschikbaar als ronde baden, achtvormige baden en ovale baden. Een betonnen vloerplaat is hierbij essentieel. Bij het installeren van de pomp en de zwembadverwarming dient in ieder geval een installateur te worden ingeschakeld.
Volledig ingegraven zwembaden: Volledig ingegraven zwembaden zijn meestal rechthoekige zwembaden van baksteen of beton. Maar ook ronde baden, ovale baden en achtvormige baden kunnen volledig verzonken worden. Ook hier moet een specialist worden geraadpleegd, vooral voor alle installatiewerkzaamheden.
Hoe groot moet de uitgraving zijn voor een verzonken zwembad?
De uitgraving is afhankelijk van de grootte van het bassin en hoe ver het bassin moet worden afgezonken. In de regel neemt u de omtrek van het zwembad en tel je ca. 25 cm aan elke kant op voor montage, isolatie en magere betonvulling en ca. 20 cm op de bodem voor de vloerplaten. Indien nodig wordt aan de zijkanten nog eens 25 cm werkruimte toegevoegd. Wil je bijvoorbeeld een rond zwembad met een diameter van 450 cm en een diepte van 150 cm volledig laten afzinken, dan heb je een uitgraving nodig van ca. 500 cm breed x 170 cm hoog. De uitgraving voor een volledig ingegraven ovaal zwembad met de afmetingen 800 x 400 x 150 cm moet dus minimaal 850 x 500 x 170 cm zijn.
- Lengte = 800 cm plus 50 cm montageruimte
- Breedte = 400 cm plus 2 x 25 cm voor de keerwanden plus 50 cm werkruimte
- Diepte zwembad = 150 cm plus 20 cm voor de bodemplaat van het zwembad.
Gedeeltelijk ingegraven zwembad als compromis tussen volledig ingegraven en bovengronds zwembad?
Kortom, als een zwembad een bepaald volume overschrijdt, wordt het (gedeeltelijk) verzonken omdat de waterdruk op de zwembadwanden toeneemt met het volume. Als richtlijn voor een inbouwinstallatie kun je uitgaan van een watervolume van ca. 100 kubieke meter of meer. Ook vanaf een waterdiepte van ca. 120 cm is een ten minste gedeeltelijk verzonken installatie aan te bevelen. Het is aan te raden het zwembad minimaal 2/3 van de diepte in de grond te laten, bijvoorbeeld een zwembad met een diepte van 150 cm wordt 100 cm verzonken.
Een rond zwembad met een maximale diepte van 120 cm kan vrij worden opgesteld of verzonken. Ovale en achtvormige zwembaden moeten daarentegen altijd ten minste gedeeltelijk worden verzonken, zoals hierboven vermeld.
Het uit de grond uitstekende zwembaden ‘half ingegraven’ heeft als voordeel dat er minder vuil in het zwembadwater valt en dat er ook bespaard kan worden bij het uitgraven van de grond. Maar als je kijkt naar het uiterlijk en het comfort (bijvoorbeeld bij het in- en uitstappen), dan is een volledig ingegraven zwembad aan te raden.
Hoeveel ruimte is er nodig voor filters, pompen en andere technieken?
Houd bij het plaatsen van een zwembad altijd de benodigde ruimte voor de zwembadtechniek in de gaten. In de regel heb je naast het zwembadoppervlak ongeveer 2 m² nodig om filters, pompen en andere technologie te huisvesten.
Het is ideaal om in een schacht bij het zwembad te plaatsen. Als er niet genoeg ruimte is, is het ook mogelijk om de technologie te installeren in een overkapping, tuinhuisje of in de kelder van het huis. Dit laatste is echter niet per se aan te raden, omdat ook de lange afstanden en lijnen tussen het zwembad en de techniek storingsgevoeliger zijn.
Moet de technische ruimte direct bij het zwembad zijn? Hoe ver mag het filter van het zwembad verwijderd zijn?
De techniek hoeft niet direct bij het zwembad te zijn, maar hoe korter de kabellengtes, hoe beter. De techniek mag niet meer dan 10 meter van het zwembad verwijderd zijn, omdat de grote afstanden en lijnen tussen het zwembad en de techniek het storingsgevoeliger maken.
Waar moet ik op letten bij het bouwen van een zwembad? (Waterafvoeren, skimmer, pomp, etc.)
Ongeacht de grootte van het zwembad moet elk zwembad zijn uitgerust met een skimmer (oppervlakte skimmer), een of meerdere inlaatsproeiers, evenals een filtersysteem, zwembadpomp en filtertank.
De vuistregel is:
- Voor elk zwembadvolume van 20 m³ moeten een skimmer en 2 inlaatsproeiers worden geïnstalleerd.
- Voor een zwembad met een afmeting van 40 m³ is de installatie van twee skimmers en vier instroomsproeiers noodzakelijk.
Ook een zogenaamde vloerafvoer is een voordeel. Deze wordt gebruikt om het zwembad te legen en neemt tevens een deel van de circulatie over, aangezien deze is aangesloten op het zwembadfiltersysteem.
Heb ik een bouwvergunning nodig voor een zwembad?
In Nederland is een vergunning vereist voor een zwembadvolume van 100m³ of meer. Dit verschilt echter per provincie. In principe is het raadzaam om navraag te doen bij de bouwtoezichthouder van jouw woonplaats.
Zwembad bouwen welke diepte is ideaal of toegestaan?
De meeste zwembaden met stalen wanden zijn verkrijgbaar in dieptes van 120 cm en 150 cm. Vanuit ons oogpunt is een diepte van 150 cm ideaal. Als er echter kleinere kinderen in het gezin zijn, kan de kleinere zwembaddiepte van 120 cm een optie zijn. Houd er rekening mee dat kinderen – ongeacht de diepte van het zwembad – over het algemeen niet zonder toezicht mogen zwemmen!
Bakstenen of betonnen zwembaden met een diepte van meer dan 150 cm hebben als bijzonderheid dat zwemmers van buiten het gezin alleen naar binnen mogen als er een badmeester aanwezig is. Aangezien dit bij privézwembaden doorgaans niet gegarandeerd kan worden, dien je zich om aansprakelijkheidsredenen te beperken tot een diepte van 150 cm.
Hoe kan ik mijn zwembad kindvriendelijk maken?
Een zwembad is pas echt kindvriendelijk te maken met een navenant hoog hekwerk met afsluitbare deur. Een andere veilige – maar kostbare – optie is een afsluitbare verschuifbare rekken. Alle andere varianten en systemen bieden geen 100% beveiliging.
Welke plek is geschikt voor een zwembad?
Bij het kiezen van een locatie voor het zwembad dient u rekening te houden met de volgende punten:
- Kies een zonnige plek zodat het water snel opwarmt.
- Kom niet in de buurt van hoge bomen of planten, omdat hun bladeren en bloemen het zwembadwater vervuilen.
- Er mogen geen hoogspanningsleidingen boven of onder de locatie zijn.
- De plaats moet zoveel mogelijk worden beschermd tegen de wind.
- Het vloeroppervlak moet vlak en stevig zijn. De installatie van een bodemplaat is vereist voor verzonken zwembaden; het wordt aanbevolen voor bovengrondse zwembaden.
- Water- en elektriciteitsvoorziening moeten binnen handbereik zijn.
- De skimmer dient zo te worden geïnstalleerd dat de overheersende windrichting in de richting van de skimmer is.
Waar moet je op letten bij een opzetzwembad?
Een bovengronds of bovengronds zwembad moet altijd op een vlakke en stevige ondergrond worden opgesteld. Een vloerplaat is niet absoluut noodzakelijk, maar om redenen van stabiliteit raden wij aan om een betonnen vloerplaat met een dikte van 20 cm te plaatsen.